Ben jij Joods?

‘Ben jij Joods?’ Deze vraag had ik niet zien aankomen… Het is 1988, een gewone doordeweekse koopavond. Ik ben 16 jaar en zoals elke donderdagavond loop ik met mijn vriendin door het dorp van Krommenie. Het is herfst en het feit dat het vroeg donker is, de lantaarns eerder aangaan en de etalages verlicht zijn, maakt het extra gezellig om een rondje langs de winkels te doen.

Meestal kopen we niets. Het gaat ons vooral om de gezelligheid. Daarbij maken we ook altijd wel iets mee. Men noemt ons Jut en Jul. Wanneer één van ons ergens alleen verschijnt wordt meteen de vraag gesteld waar ‘de andere helft is’. Mensen in het dorp kennen ons en komen altijd wel even naar ons toe om een praatje te maken.

Ook de leuke jongens die er wonen, wat natuurlijk één van de redenen is dat we daar week in week uit op ons mooist rond paraderen.

Wanneer we een groepje bekenden tegenkomen zie ik hem direct. Een nieuwe jongen. ‘The new kid in town’. De lange knul met de wilde bos blonde krullen blijkt net naar Krommenie te zijn verhuisd en is kennelijk een vriend van de jongens die we al kennen.

Terwijl mijn vriendin met de bekende boys staat te kletsen kijken de nieuwe jongen en ik elkaar aan. Geen van beiden zegt iets. Tot we weer doorlopen en hij zich opeens omdraait en terug komt.

‘Hey…. ben jij Joods?’

Westerbork

Ik sta aan de grond genageld. Ik heb door de jaren heen al tig vragen gekregen over mijn nationaliteit. Of ik Spaans of Italiaans ben, Turkse roots heb, Marokkaanse voorouders heb of zelfs van Indische komaf ben maar nog nooit heeft iemand mij deze vraag gesteld. De vraag waarop ik het antwoord eigenlijk niet wil geven.

Het klopt namelijk als een bus. Mijn oma was als dochter van een Poolse vader en een Russische moeder in 1940 de enige Joodse burger in Wormerveer.

Dankzij haar huwelijk met mijn opa, een Nederlandse niet-Joodse man, mijn vaders vader, mocht zij nadat zij zich in 1942 bij de politie had gemeld in haar woonplaats blijven wonen met haar gezin.

Helaas in tegenstelling tot haar ouders, die destijds in de Dapperbuurt in Amsterdam woonden en vanuit daar zijn getransporteerd naar Kamp Westerbork en uiteindelijk in Sobibor om het leven zijn gekomen.

Na de oorlog kwamen er twee agenten bij mijn oma aan de deur om haar te vertellen dat haar ouders hun verblijf in het kamp niet hadden overleefd. Een afschuwelijke mededeling die haar na jaren te hebben geleefd tussen hoop en vrees in één klap vanuit de hel van onzekerheid naar de nachtmerrie van de werkelijkheid slingerde.

Ik denk dat niemand zich ook maar enigszins kan voorstellen wat er op zo’n moment door je heen gaat.

Bang

Uiteraard heb ik vaak met mijn oma gepraat over alles wat ze destijds heeft meegemaakt en kwamen tijdens deze gesprekken de meest gruwelijke verhalen boven tafel. Van een vriendin die bruut van het station werd weggevoerd tot haar pleegbroertje dat zelfmoord pleegde op het moment dat Hitler aan de macht kwam.

Verhalen – en de bijbehorende gezichten op foto’s – die me tot op de dag van vandaag zijn bijgebleven, de angst dat deze geschiedenis zich op welke manier dan ook ooit zou kunnen herhalen, plus het feit dat mijn oma haar kinderen om dezelfde redenen bewust geen Joodse opvoeding heeft gegeven, hebben mij op jonge leeftijd al doen besluiten om nooit met iemand te praten over mijn afkomst.

Bang om op school uitgescholden te worden voor ‘vieze Jood’ (dit deden de jongens al onderling wanneer iemand voor Ajax was) of standaard voor de klas geroepen te worden om het een en ander te vertellen wanneer de geschiedenisles over de oorlog ging, heb ik mezelf al heel vroeg voorgenomen om dit altijd voor mezelf te houden.

Tot dat moment in het dorp, op die donderdagavond dat die onbekende blonde jongen mij rechtstreeks vroeg of ik Joods was.

Ik wil het niet toegeven maar ontkennen voelt ook niet goed.

Toch twijfel ik nog heel even. Officieel ben ik het namelijk niet echt. In de Joodse gemeenschap ben je alleen Joods als je moeder een volle Jodin is, wat in mijn geval met een Joodse vader en een niet-Joodse moeder niet zo is.

Aan de andere kant hadden de Duitsers hier destijds in de oorlog geen enkele boodschap aan. Joods bloed was Joods bloed, of het nu van je vader of moeder afkomstig was. En hoe je het wendt of keert, ik ben wel degelijks half Joods en kennelijk is me dit ook aan te zien.

Ondanks het feit dat ik het eigenlijk niet wil, besluit ik het in een split second toch gewoon maar eerlijk te zeggen. 

‘Ja… Hoe weet je dat?’

‘Ik zie het aan je.’

Ik ben Joods

Ik voel me een soort van betrapt en bang voor wat nu gaat komen kijk ik om me heen van die blonde jongen, naar het groepje bekende gezichten, naar mijn vriendin en weer terug naar die onbekende jongen die inmiddels via zijn kraag onder zijn jas naar iets staat te grabbelen.

‘Ik ook’, zegt hij trots terwijl hij mij een glimmende gouden Davidster aan een kettinkje laat zien. ‘Waar is de jouwe?’

‘Ik heb er geen…’

‘Waarom niet? Wees trots op wie je bent!’

Deze jongen heeft geen idee wat dit moment voor mij betekend heeft. Ik heb hem daarna nooit meer gezien of gesproken maar ik ben hem tot op de dag van vandaag nog steeds dankbaar.

Want JA! Ik ben inderdaad (deels) Joods. En ik ben zéker trots! Op mijn ouders, voorouders en alle genen die door hen zijn doorgegeven en mij hebben gemaakt tot wie ik ben.

 

Persoonlijke blog >HOME