Het relaas van de Dwaas, op reis door de tarot met de Zot

PAGINA ONDER CONSTRUCTIE

 

Het relaas van de Dwaas, op reis door de tarot met de Zot. U kunt deze reis zien als de verschillende levens die de Dwaas moet leiden voor hij klaar is om naar de hoogste sfeer aan Gene Zijde te kunnen gaan en daar ook te kunnen blijven. Om dit te bereiken dienen we allemaal op aarde eerst onze lessen te leren, vandaar dat ik dit omschrijf als een reis. In dit geval gaat de Dwaas op reis, maar eigenlijk moeten we allemaal deze reis maken. Dit verhaal kan ertoe bijdragen dat u de 22 kaarten van de Grote Arcana van de tarot beter leert begrijpen.

De reiziger die we in dit verhaal volgen begint als de Dwaas, de onwetende ziel die in principe overal nog voor openstaat.

 

De Magiër

In zijn eerste leven is hij de Magiër. Hij begint aan iets nieuws en weet wat hij wil en hoe zijn wilskracht te gebruiken. Soms manipuleert hij zijn omgeving, maar hij is slim en weet veel voor elkaar te krijgen. Hij wil soms wel wat veel, er komt zoveel op hem af, maar langzaam maar zeker leert hij zijn vaardigheden op een juiste manier te gebruiken, al blijft het maken van keuzes voorlopig nog moeilijk voor hem.

 

De Hogepriesteres

In het tweede leven leert hij meer op zijn gevoel te vertrouwen, het gevoel van de Hogepriesteres. De Dwaas beschikt inmiddels over meer innerlijke wijsheid door wat hij in het eerste leven heeft geleerd. Hij leert meer op zijn intuïtie te vertrouwen en daardoor beslissingen te nemen waarbij hij zich laat leiden door zijn eigen innerlijke stem. Hij leert als Hogepriesteres ook meer geduld te hebben.

 

De Keizerin

In het derde leven leert hij ook rekening te houden met anderen. Hij wordt moeder, de Keizerin die zorgzaam is. De Keizerin plukt de vruchten van de vorige twee levens. De creativiteit van de Magiër heeft hij gecombineerd met de intuïtie van de Hogepriesteres. De Dwaas heeft in dit leven als Keizerin succes op alle fronten.

 

De Keizer

Het succes van de Keizerin bevalt de Dwaas wel en in het leven erna wordt hij vader, de Keizer, die alle succes graag vast wil houden en hij wordt hierdoor wat dominant naar zijn omgeving. Zekerheid is erg belangrijk voor hem, maar waar liggen zijn grenzen? Hij begon zo puur en goed, wat gebeurt er nu? In zijn rol als vader heeft hij niet het zachte gevoel van zorgzaamheid van de Keizerin, maar een groot verantwoordelijkheidsgevoel naar zijn gezin toe. Hij moét de boel regelen voor zijn gevoel, maar slaat hierin soms wat door en wordt een ‘controlfreak’ die maar moeilijk dingen uit handen kan geven.

 

 

De Hogepriester

Het leven als Keizer brengt hem toch niet de voldoening die hij verwachtte en hij leert in het volgende leven dat je beter de mensen kunt adviseren dan drillen, en dat je ook best zelf eens hulp mag vragen aan iemand anders! Hij wordt de Hogepriester en leert van en aan anderen.

 

De Geliefden

In zijn zesde leven leert hij van de Geliefden dat alleen maar hulp bieden ook niet alles is, en hij leert op een gezonde manier ook aan zichzelf te denken. Een keuze maken die goed is voor zichzelf, maakt hem echt niet direct een egoïst; hij leert van zichzelf houden en daardoor ook van anderen!

 

De Zegewagen

In zijn zevende leven wil hij verder komen. Dit symboliseert de Zegewagen. De wilskracht die hij in zijn eerste leven al bezat als Magiër, bezit hij nog steeds, alleen leert hij er nu beter mee om te gaan. Ook zonder de mensen om zich heen te manipuleren bereikt hij zijn doel, mits hij zich maar vasthoudt aan zijn idealen. Hij leert op een positieve manier zijn doelen na te streven.

 

De Kracht

In zijn achtste leven ontdekt hij zijn innerlijke kracht en hij merkt dat hij met geduld, volharding en moed veel meer bereiken kan dan met agressie of manipulatie. Hij laat zich niet domineren, maar domineert zelf ook niemand meer. Met geduld bereik je veel meer.

 

De Kluizenaar

In zijn negende leven merkt hij dat hij niet meer op zoek hoeft naar antwoorden. De Kracht heeft hem geduld geleerd en nu, als de Kluizenaar, past hij dit toe en zijn er momenten dat hij zelfs behoefte heeft zich terug te trekken om nog meer inzicht in zichzelf te krijgen en daardoor vindt hij, in zichzelf, alle antwoorden die hij zocht. Met geduld schijnt hij zijn kleine licht naar binnen in zijn eigen ziel.

 

Het Rad van Fortuin

In zijn tiende leven wordt het tijd om niet meer af te wachten wat het Lot hem brengt. Als Kluizenaar heeft hij geleerd wat hij nu werkelijk wil en nu leert hij hoe hij zelf het lot kan sturen en beseft hij dat geluk je niet zomaar gegeven wordt, maar dat hij het zelf kan, of zelfs móét, máken!

 

 

De Gerechtigheid

In het elfde leven wordt hem bijgebracht dat rechtvaardigheid zeer belangrijk is. Hij leert eerlijk te zijn naar anderen toe, maar… óók naar zichzelf. Hij heeft geleerd van het verleden en heeft al aardig door hoe hij zich ten opzichte van zichzelf en anderen dient te gedragen. Hij leert over de Universele Gerechtigheid, dat uiteindelijk iedereen krijgt wat hem toekomt, dus leeft hij dit leven zo eerlijk mogelijk.

 

De Gehangene

De Dwaas gaat zijn twaalfde leven hier op aarde in en leert wat het inhoudt iets van jezelf op te offeren. Soms is het noodzakelijk iets in te leveren om er uiteindelijk beter van te worden. Hij leert anders te denken en rustig te blijven in moeilijkere tijden. Hij wil niet meer zo snel vooruit als toen hij rondraasde in de Zegewagen tijdens zijn zevende leven, en het is ook niet meer nodig om het geluk na te jagen zoals hij dat deed in zijn tiende leven. Hij heeft geleerd in zijn elfde leven eerlijk te zijn en past dit nu ook toe in zijn twaalfde leven als de Gehangene. In dit leven leert hij rustig na te denken, geduld te hebben en iets van zichzelf op te offeren. Het zal worden beloond.

 

De Dood

Dit werkt en dus laat hij in zijn dertiende leven alles uit het verleden waar hij zich aan vastklampte los. Het inleveren en er iets nieuws voor terugkrijgen, dat hij leerde als Gehangene, is hem goed bevallen. Hij ziet dus steeds meer in dat, wanneer je iets echt los-laat, er vanzelf iets beters voor in de plaats komt! De Dood is niet echt de dood, het is eerder een verandering, een transformatie, en meestal ten goede!

 

De Gematigdheid

In zijn veertiende leven vindt hij rust. De Gematigdheid leert hem dan ook werkelijk matig om te springen met alles. Hij komt meer in balans, vindt zijn innerlijke rust en voelt zich daardoor lichamelijk ook beter. Hij heeft het verleden leren loslaten en is in balans gekomen, alles gaat beter. Wat heeft hij al veel geleerd! Hij begon als onwetende Dwaas en nu, na veertien levens te hebben geleid, is hij de rust zelve, heeft hij geleerd op zijn intuïtie te vertrouwen, te zorgen voor anderen, verantwoordelijkheid te nemen, heeft hij innerlijke wijsheid vergaard, geduld geleerd, zijn wilskracht op een positieve manier leren gebruiken, heeft hij beslissingen leren nemen, geleerd hulp te bieden en hulp te vragen, keuzes te maken, eerlijk te zijn, en wat voelt hij zich nu goed. Is hij nu klaar met leren?

 

 

De Duivel

Nee… hij keert voor de vijftiende keer terug op aarde en… maakt kennis met zijn aardse gevoelens. Hij was zo goed in balans, maar wordt in dit leven blootgesteld aan de ene na de andere verleiding. Seks, drugs, alcohol, materialisme, en wat voelt hij? Jaloezie? Wat is dat? De rust die hij voelde als de Gematigdheid is als sneeuw voor de zon verdwenen, hij bevindt zich in de duisternis en komt hier maar moeilijk van los. Of… wíl hij er niet van loskomen?! Geniet hij er wel van? Geniet hij er soms te veel van?!

Hij weet best dat hij anders moet gaan denken en iets dient op te offeren om het weer beter te krijgen, zich weer beter te voelen en zichzelf weer recht aan te kunnen kijken, dat heeft hij immers al geleerd, maar… wil hij dit ook? Hij heeft toch leren loslaten in het leven van de Dood? Waarom kan hij dit nu dan niet? Of wíl hij het niet?!

 

De Toren

In zijn zestiende leven lijken de aardse geneugten hem de das om te doen. Hij wil er nu wel vanaf, maar hoe? Alles ging zo goed tot hij zich overgaf aan de verleidingen, wat nu? Op dat moment slaat de bliksem in zijn woning in, de Toren! Hij moet noodgedwongen afscheid nemen van zijn bezittingen; het was niet te voorkomen, hij móést het over zich heen laten komen. Toch was dit nodig, want de Dwaas had wel veel geleerd, maar nog niet hoe met tegenslagen om te gaan. Hij wist niet hoe hij sterk moest blijven in tijden van nood. Deze blikseminslag heeft hem in dit leven dus tóch weer iets geleerd, en… mentaal sterker gemaakt! Hij had wel al geleerd los te laten van de Dood, maar soms zijn er dingen die je niet zélf los kunt laten. Daarbij krijg je dan hulp van hogerhand, maar dien je wel zelf te leren hoe met dit verlies om te gaan. Of is het toch geen verlies, maar eerder een verlossing?! Blijft de Dwaas sterk of gaat hij bij de pakken neerzitten, zwelgend in zelfmedelijden? In dat geval zal de bliksem steeds weer inslaan, net zolang tot hij het leert.

 

De Ster

En de Dwaas keert wéér terug op aarde, met de Ster als zijn gids. Na een moeilijke periode kijkt hij omhoog naar de donkere hemel en ziet de Ster die daar flonkert en schittert, en de Dwaas krijgt weer hoop. De Ster wijst hem de weg en de Dwaas blijft deze keer positief. Hij merkt dat een positieve instelling ook positieve energie aantrekt en dit geeft hem alleen maar weer meer hoop.

Hij heeft leren loslaten, hij heeft zijn aardse geneugten onder controle weten te houden en maakt nu weer plannen voor de toekomst. Hij geeft en hij neemt; alles wat hij geeft krijgt hij terug en dat geeft hem een goed gevoel.

 

 

De Maan

In zijn volgende leven heeft de Dwaas soms bange dromen. Alles wat hij heeft meegemaakt in het leven van de Duivel en tijdens zijn leven waarin hij door de blikseminslag in de Toren hard werd wakker geschud, achtervolgt hem tijdens zijn slaap. Hij had deze ervaringen diep weggestopt, maar in dit leven leert hij dat dit niet de manier is. Alles gaat hem goed sinds de Ster hem in zijn vorige leven de weg wees, maar het verleden heeft hij nog niet verwerkt. Hij ligt ‘s nachts wakker en staart naar de Maan. En de Maan leert hem kennis te maken met zijn duistere kant. Hij loopt niet meer weg voor zijn angst, maar draait zich om en gaat er de confrontatie mee aan. Het blijkt mee te vallen. Hij had vooral angst voor de angst, maar nu hij de problemen uit het verleden recht durft aan te kijken en te verwerken, voelt hij zich sterker worden en… hij merkt dat hij zeer creatief is en intuïtief, iets dat altijd al in hem zat, maar door zijn nare ervaringen uit het verleden werden deze talenten geblokkeerd… er gaat een wereld voor hem open.

 

De Zon

Hij komt weer terug op aarde en het gaat hem voor de wind. Hij voelt zich goed en straalt dit ook uit naar buiten, waardoor mensen zich tot hem voelen aangetrokken. Hij maakt vrienden, krijgt een leuke relatie, kinderen, succes, hij is gezond en hij waardeert het. Hij weet dat geluk hem niet in de schoot geworpen wordt, dat hij er zelf hard aan gewerkt heeft tijdens al zijn voorgaande levens en hij doet dan ook zijn best om het zo te houden. Hij vindt niets vanzelfsprekend. Hij blijft altijd positief, straalt warmte uit en de Zon herinnert hem eraan hoe hij de mensen om zich heen inspireert en gelukkig maakt, net zoals de Zon zelf ook doet.

 

Het Oordeel

Na zijn leven met de Zon als gids keert hij nogmaals terug op aarde en hij krijgt de kans om alles wat ooit in een ver verleden verkeerd is gegaan opnieuw te beleven en anders aan te pakken. Hij heeft van zijn vergissingen geleerd, dus waren ze nuttig. Hij komt weer in aanraking met verleidingen, maar hij weet ze te weerstaan. Er komen dingen op zijn pad waar hij in een ver verleden ooit mee begonnen was, maar die hij nooit heeft afgemaakt en… hij pikt de draad weer op. Met succes! Hij wordt geconfronteerd met zielen met wie hij in het verleden onenigheid heeft gehad, en alles wordt uitgepraat en bijgelegd. Het contact wordt hersteld, zodat hij op een beter niveau verder kan gaan met de zielen met wie hij eerder ruzie maakte. Hij leert hoe belangrijk communicatie is en hoe belangrijk een tweede kans kan zijn.

 

 

De Wereld

De Dwaas reïncarneert in zijn laatste lichaam op aarde en het wordt een fantastisch leven! Hij heeft zo veel geleerd, is geestelijk zo ontzettend gegroeid. Hij weet wat hij wil, hoe hij het kan bereiken, maar ook hoe hij dit kan vasthouden, ervan kan genieten. Hij voelt zich vrij en onafhankelijk, maar is desondanks niet vergeten de balans te behouden tussen geven en nemen. Hij weet alles waar hij aan begint ook netjes af te maken, want alleen op deze manier kan hij met een gerust hart weer aan iets nieuws beginnen. Hij weet dit leven op een goede en bevredigende manier af te sluiten en realiseert zich dat hij alle levenslessen heeft geleerd.

Nu is hij klaar voor weer iets nieuws. Weer iets beters. Het leven in het hiernamaals. Het Licht. Het Zomerland. De Hemel. Hij kijkt terug op al zijn levens. De mooie perioden die hij heeft gekend, maar ook de moeilijke situaties waarin hij heeft verkeerd, het verdriet dat hij heeft gehad. Het is het allemaal waard geweest, ook al realiseerde hij zich dit toen niet. Begreep hij niet waarom hij bepaalde situaties moest doormaken.

Maar nu wordt alles duidelijk. Zonder duisternis kan het licht niet gewaardeerd worden zoals hij nu doet. Je kunt nooit weten wat je iemand aandoet wanneer je het niet eerst zelf meemaakt. Je kunt je nooit in een ander verplaatsen als je zijn situatie niet kent. Daarom was het nodig ook verdriet en pijn te kennen, om te leren dat je nooit iemand mag aandoen wat jou is aangedaan. Om te leren hoe je een ander kunt helpen; dit gaat tenslotte beter wanneer je je in eenzelfde soort situatie hebt bevonden.

 

Hij is klaar om te gaan, hoeft niet meer terug naar de aarde. Hij heeft genoeg geleerd. Is hij uitgeleerd? Nee, dat niet. Maar de lessen aan Gene Zijde zullen steeds mooier worden, omdat hij dit zelf ook wordt.

Hij kan hier alles op een goede manier afsluiten en kan zich verder ontwikkelen op een ander, beter niveau. De cirkel is rond.